Laptops en laaggeletterdheid
Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) trok 375 miljoen euro uit om alle leerlingen vanaf het vijfde leerjaar een gratis laptop te bezorgen. Maar heel wat scholen rekenen de factuur door, een gratis laptop kost de ouders soms tot 500 euro en de minister wordt verweten praatjes te verkopen. Begrijpelijk, maar het is niet de enige angel aan dit verhaal.
De doelstelling ‘elk kind een laptop’ mag de minister 375 miljoen kosten. Voor de doelstelling ‘elk kind een vlotte lezer’ heeft hij niet zoveel over: we hebben ze hem nog nooit hardop horen uitspreken. Terwijl rapport na rapport blijkt dat de groep middelbare scholieren die slecht leest groeit als kool. Voor alle duidelijkheid, slecht lezen betekent hier: niet goed genoeg kunnen lezen om deel te nemen aan het maatschappelijke leven. Niet in staat zijn om te kijken of er in een lijst met vacatures een baantje staat dat je zou kunnen doen, om in een bijsluiter te kijken hoeveel tabletten je van een pijnstiller mag nemen, of om erachter te komen wat de jaarlijkse afrekening van je stroomleverancier betekent: krijg je geld of moet je betalen? Van de vijftienjarige jongeren op Vlaamse middelbare scholen leest ongeveer een kwart zo slecht. Eén op vier.
Hoe dat komt? De eindtermen over leesvaardigheid in de basisschool klinken zo: ‘De leerlingen zijn in staat de informatie in een leestekst op hun de niveau te achterhalen.’ Geen woord over hoeveel moeite het ‘achterhalen van de informatie’ mag kosten. Als u een verklaring wilt voor de afkalvende leesvaardigheid op school, dan hebt u er hier een: omdat niemand zegt dat ze vlot zouden moeten leren lezen.
Maar dat is niet alles. Als ik lezingen jonge leerkrachten vraag wat ze in hun opleiding hebben geleerd over goed leesonderwijs, dan is het antwoord altijd hetzelfde, van Oostende tot Roermond, van Alkmaar tot Leuven: ‘Zo goed als niets: we hebben gezien welke methodes er zijn, we hebben die een beetje vergeleken zodat we er in de klas mee aan de slag kunnen.’ Stelt u zich eens voor dat we koks ook op die manier zouden opleiden: ‘Dit zijn de bekendste kookboeken, …’
Die problemen los je niet op door laptops uit te delen. Er zijn andere dingen nodig. Leerkrachten moeten in hun opleiding niet leren welke lespakketten de educatieve uitgevers voor hen hebben voorbereid; ze moeten leren hoe kinderen leren, ze moeten leren hoe het schrift werkt en hoe zij dat schrift dús moeten onderwijzen. En vervolgens moeten ze dat ook doen. Met als in de eindtermen verankerde doelstelling: élk kind leren lezen.
Dat kost geen cent. En de baten zijn duizenden keren groter dan die van laptops voor elk kind van tien. Zowel voor de samenleving als voor de tienduizenden leerlingen die nu sukkelen op school en later als laaggeletterde door het leven moeten. Mijnheer de minister, kies uw prioriteiten en leer uw volk lezen.
Een ingekorte versie van dit bericht verscheen in De Standaard van 27 augustus 2021.